|
Wat houdt de Walsh-conventie nu precies in? Partner opent
met 1♣ . Met Walsh biedt de antwoordende hand
met zwakke handen (minder dan 11-12 punten)de laagste hoge 4-kaart
en niet eerst een 4- of 5-kaart (zelfs geen 6-kaart) ruiten, en met handen die sterk genoeg zijn om reverse te bieden,
bied je als in gewoon ACOL (dus eerst de ruiten).
Bijvoorbeeld.
Met
♠H B 5 3
♥4 2
♦V 9 7 5
♣V 5 4
antwoord je met 1♠ (en de ♦-kleur verzwegen).
Dit heeft als voordeel dat een eventuele ♠-fit
eerder wordt gevonden dan na de standaard-ACOL-aanpak.
Een ander voordeel is dat de tegenpartij een eventuele ♥-fit
moeilijker kunnen ontdekken.
En ook met
♠A 4
♥H 9 7 4
♦V T 6 5 4
♣T 7
wordt na 1♣ opening van partner met 1♥ geantwoord.
En evenzo met
♠H 9 7 3
♥6 5
♦H T 8 5 4 2
♣3
wordt de ♦-kleur nog steeds overgeslagen en met 1♠
geantwoord.
Met een beetje redelijke 7-kaart wordt het te gek. Dan laat
de walsher zijn 4-kaart hoog voor wat het is en biedt eerst zijn ♦.
Dus met:
♠9
♥B 8 5 2
♦A B 7 6 5 4 3
♣8
biedt ook de walsher hiermee na 1♣
gewoon 1♦ .
Wanneer de antwoordende hand echter sterk genoeg is om reverse te bieden
, dan biedt de walsher eerst zijn ♦ kleur,
om daarna reverse ♠ te bieden.
Met
♠H V 9 7
♥A 5 4
♦H V 7 5
♣9 8
antwoordt ook de walsher 1♦.
NB: Het ♠ reverse bod toont bij Walsh niet automatisch
een langere ♦ kleur.
Het gevolg van deze aanpak is dat na het 1♦
antwoord de openaar de conclusie kan trekken dat er ofwel
| - | geen hoge kleuren fit aanwezig is, ofwel |
| - | de antwoordende hand sterk is, en na 1SA nog wel wat van zich zal laten horen |
Hij gaat ervan uit dat de antwoordende hand zwak is, en verzwijgt met een
evenwichtig spel zelfs twee hoge 4-kaarten, en biedt 1SA!
De tegenpartij blijft aldus in het ongewisse over het hoge kleuren bezit van de leider,
en de leider zal zo menige voor hem gunstige start krijgen.
Aangezien de antwoordende weet dat openaar SA zal herbieden met een
evenwichtig spel, betekent dit automatisch dat het noemen van een 2e
kleur door openaar een onevenwichtig spel belooft!
Vergelijk de volgende biedserie, eerst door de ogen van
een pure Acolist, dan door de ogen van een Walsher:
Wat heeft de openaar nu? In ACOL een 4+-kaart ♣
(of zelfs een 2+-kaart ♣
wanneer je 5-kaart hoog opening speelt) en een 4+-kaart ♥
met 12-19 punten. De antwoordende hand moet met al deze verdelingen en krachtvelden rekening
houden, een lastige taak.
De walsher kan meer conclusies trekken na het 1♥
rebid: aangezien er 1SA wordt geboden met een evenwichtig spel,
wordt met een onevenwichtig spel ofwel de ♣ herboden
(2♣ toont een 6-kaart en een niet al te sterke
opening), ofwel een hoge kleur genoemd. Het noemen van de 4+-kaart
hoge kleur garandeert echter een 5+kaart ♣ met
een relatief sterk spel, vanwege de vermoedelijke misfit (partner 'ontkende'
vooralsnog een hoge 4-kaart).
Gevolg:de antwoordende hand kan op 1-niveau conclusies trekken over
het al dan niet evenwichtig zijn van de hand van de openaar.
Je zou kunnen denken dat ♦ als speelsoort nooit meer in aanmerking
kan komen met zwakke handen, mar dat is niet het geval.
Na 1♣ - 1♥
(4-kaart) - 1SA (12-14, geen ♥ fit en geen 4-kaart
♠, evenwichtig),
betekent 2♦ : een 6-kaart ♦ (en
natuurlijk een 4-kaart ♥), en tevens dat 2♦ hoog genoeg
is. Puur speelsoort correctie, want met een evenwichtige antwoordende hand wil je liever
in 1SA zitten, en met een sterke hand had je wel reverse geboden.
Voorbeeld 1.
Noord | | Zuid |
♠A H V 4
| |
♠9 8
|
♥9 6 3
| |
♥B 7 4
|
♦V T 5
| |
♦A H B 6 2
|
♣V 8 2
| |
♣A H 5
|
Met de standaard aanpak verloopt het bieden:
Noord | | Zuid |
1♣
| |
1♦
|
1♠
| |
2♥ (4e kleur)
|
3♦
| |
4♣
|
4♠
| |
5♦
|
De tegenstanders rapen 3 ♥-slagen
op (kleur zit gewoon 4-3)
Met Walsh gaat het:
Noord | | Zuid |
1♣
| |
1♦
|
1SA>
| |
3SA>
|
Voorbeeld 2.
Noord | | Zuid |
♠A 8
| |
♠B 6 3
|
♥A V 7 4
| |
♥8 5
|
♦T 9 5
| |
♦A V B 7 4
|
♣H T 3 2
| |
♣A 8 5
|
Met Walsh verloopt het bieden:
En west moet kiezen tussen een ♥ of een ♠
uitkomst en zal in ongeveer de helft van de gevallen kiezen voor de 'foute' ♥-uitkomst.
In de standaard-aanpak zal het biedverloop er als volgt uitzien:
Noord | | Zuid |
1♣
| |
1♦
|
1♥
| |
1♠
|
1SA
| |
3SA
|
De ♠-start is nu aangewezen.
De voordelen van Walsh zijn hierboven aangegeven.
Maar kleven er nu geen nadelen aan Walsh? Er zijn
er 2 te bedenken:
| 1: |
Uiteraard kan een goede fit in de ♦-kleur verdrinken. Met een sterke antwoordende hand (slem georiënteerde
handen) zal dit echter niet het geval zijn, de sterke antwoordende kan immers reverse bieden. Op laag nivo kan de ♦-fit
echter wel verdrinken. Maar in dat geval zal de tegenpartij echter een fit in een hoge kleur hebben (immers, "wij een
fit, zij een fit"), en je maakt ze dus alleen maar opmerkzaam op het bestaan van hun fit. Het is dus niet zo erg dat op
laag nivo de ♦-fit verdrinkt, ze 'balancen' je er anders uit.
|
| 2: |
Een nadeel is de 'samenwerking' met andere conventies: die moet goed worden afgesproken. Twee veel gebruikte conventies
zijn in dit verband Walsh in combinatie met 4e kleur en Walsh in combinatie met check-back.
|
Walsh en 4e kleur
Wat Walsh in combinatie met 4e kleur betreft
moet in het partnership worden afgesproken wat het 2♦
bod in de serie: 1♣ - 1♥
- 1♠ - 2♦
betekent. Dit zou nu kunnen zijn zwak met ♦(analoog
1♣ - 1♥
- 1SA - 2♦ ) of 4e
kleur. Volgens Walsh zelf is dit 4e kleur, terwijl 1♣
- 1♥ - 1♠
- 3♦ zwak met een 6-kaart ♦is.
Waarschijnlijk gaat hij ervan uit dat je 2♦
toch niet zou mogen spelen, en 3♦
is redelijk preëmptief. U kunt andere afspraken maken, het gaat erom
dat er duidelijkheid omtrent de betekenis van de biedingen is.
Walsh en Check-back Stayman
Na 1♣ - 1♥
/1♠ - 1SA is 2♣
bod normaliter check-back. (Zonder check-back zou het speelsoortcorrectie
moeten zijn). I.g.v. het walsh-1♦
antwoord is het geen check-back maar speelsoort correctie (en dus zwak).
Maar wat als de AH sterk is met een 4/5-kaart ♦
en een 4-4 hoog? Dan verloopt het bieden nog steeds simpel: 1♣
- 1♦ - 1SA - 2♥
(MF). Openaar moet zijn evt. 4-kaart ♠nu
wel noemen, of de ♥-fit
aangeven.
Samengevat uit een artikel van Kees van der Weijden
|